SALIENSEAS

Enhancing the Salience of climate services for marine mobility Sectors in European Arctic Seas

1. Wat is het doel van dit Europese onderzoeksproject?

Het doel van SALIENSEAS is om producten te ontwikkelen die voorspellingen doen over de aanwezigheid en de dynamiek van zeeijs en ijsbergen in Europese Arctische wateren. Deze producten zijn bedoeld voor experts van weer- en klimaatdiensten en voor eindgebruikers in de maritieme sectoren van vrachtschepen en cruiseschepen. SALIENSEAS bestaat uit een interdisciplinair team van onderzoekers, zoals sociologen, geografen en meteorologen. In samenwerking met de partners heeft dit team een zeeijsvoorspellingsdienst ontwikkeld die enkele maanden vooruitkijkt, en deze getest met een serious game. Op dit moment werkt het team aan een ijsbergatlas en aan een vragenlijst die het vertrouwen in het gebruik van geautomatiseerde zeeijsvoorspellingsdiensten in kaart brengt. Ook zal het team meer testsessies organiseren die bijdragen aan de uiteindelijke ijsvoorspellingsproducten voor gebruikers die reizen over de Arctische Oceaan.

2. Wat is de rol van de Nederlandse partners in het project?

De Nederlandse partners in het project onderzoeken de sociaalwetenschappelijke aspecten van de zeeijsvoorspellingsdienst. Daarvoor brengen ze de specifieke informatiewensen van eindgebruikers in kaart, inclusief de verschillende belangen, uitdagingen, routes en besluitvormingsprocessen. Daarnaast ontwikkelen en gebruiken ze interactieve onderzoeksmethoden om nieuwe informatiediensten te simuleren en te testen of deze bruikbaar zijn. De Nederlandse onderzoekers analyseren de testsessies om te komen tot een zo goed mogelijke kwaliteit van deze informatiediensten en te leren voor verdere ontwikkelingen.

3. Welke tussenresultaten kunnen nu al relevant zijn voor het Nederlandse klimaatbeleid?

SALIENSEAS richt zich op de sectoren van vrachtschepen en cruiseschepen. Dit zijn vooral belangrijke sectoren in Denemarken, Noorwegen en Groenland, maar in Nederland zijn deze sectoren ook redelijk groot. De technologische ontwikkeling van zeeijsvoorspellingsdiensten kan duurzaamheid en veiligheid van ook de Nederlandse scheepvaart in het Arctische gebied bevorderen. Nederland kan de financiering en de internationale samenwerking in de ontwikkeling van deze producten voor de poolgebieden stimuleren. Ook kan Nederland ervoor pleiten zulke zeeijsvoorspellingsdiensten te gebruiken voor de Polar Code, waarin de randvoorwaarden van scheepvaart in de poolgebieden zijn vastgelegd. Een interessante ontwikkeling is het gebruik van de zeeijsvoorspellingsproducten, de serious game en het simulatiemodel voor maritieme opleidingscentra die zich richten op Polar Code trainingen.

4. Hoe zijn andere Nederlandse partijen betrokken in het project?

Oceanwide Expeditions is verbonden met het project en komt één keer per jaar bij elkaar om de richting en de aanpak van het project te adviseren. Zij is lid van de Stakeholder Advisory Group. Oceanwide Expeditions heeft ook haar kapiteins en planners beschikbaar gesteld voor speciaal georganiseerde testsessies.

5. Hoe draagt de Europese samenwerking in dit project bij aan onderzoek en beleid in Nederland?

Door ERA4CS komt specifieke expertise op het gebied van oceanografie en meteorologie, participatieve methoden en companion modelling samen in een zeer toegepast project. ERA4CS biedt de vrijheid om een innovatieve coproductie aan te gaan, zonder dat je moet voldoen aan vooraf gestelde doelen. Dat is belangrijk, omdat het onderzoek naar voorspellingen over zeeijs zowel verkennend als innovatief is, en de uitkomsten van tevoren niet vastliggen. Er zijn heel weinig financieringsinstrumenten die hiervoor mogelijkheden bieden. Bovendien kunnen Nederlandse partijen door ERA4CS intensief samenwerken met Scandinavische partners. Binnen de Scandinavische landen bestaan er veel samenwerkingen, maar niet met Nederland.


Contactpersoon

dr. Machiel Lamers & dr. Berill Blair
Environmental Policy Group
Wageningen University and Research
Machiel.lamers@wur.nl

Nederlandse projectpartijen

Oceanwide Expeditions

Looptijd project

2017 tot en met 2020

Meer informatie