Klimaatplan voor Caribisch Nederland
Het klimaatbeleid op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba komt niet goed op gang. In mei ontving het kabinet advies over hoe dat beter kan: er is een integrale aanpak nodig, waarbij de eilanden zélf de regie houden. Pieter den Besten was namens het ministerie van IenW op de BES-eilanden, ter ondersteuning van kwartiermaker Ed Nijpels.
Na nieuwe prognoses van het IPCC over klimaatverandering en zeespiegelstijging riep Bonaire in 2022 het kabinet te hulp bij het maken van een klimaatplan voor het eiland. Ed Nijpels – hij was als voorzitter van het Klimaatberaad verantwoordelijk voor de onderhandelingen over het Nederlandse Klimaatakkoord – kreeg de vraag een klimaattafel voor te bereiden. In mei bracht hij advies uit aan het kabinet, in de vorm van het rapport ‘Het is nooit te laat’. Het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en dat van Infrastructuur en Waterstaat hebben Ed Nijpels ondersteund bij zijn kwartiermakersrol. Daarvoor reisde Pieter den Besten, teamleider Klimaatadaptatie en programmamanager DPRA bij IenW, mee naar Bonaire, Saba en Sint-Eustatius.
Wat viel je op?
Pieter den Besten: “In januari maakten we op Bonaire het staartje van het regenseizoen mee. Overal zag ik onverharde wegen met modderpoelen, diepe kuilen en geulen door hoosbuien. De waterinfrastructuur kan de grote hoeveelheden regenwater duidelijk niet aan. Ook de bebouwing langs de kust is kwetsbaar. Er staan hotels op plekken die last kunnen krijgen van zeespiegelstijging en stormvloedgolven. En er is druk op de natuurgebieden, zeker op de koraalriffen en mangroven die juist bescherming kunnen bieden. De BES-eilanden blijven parels qua natuurschoon, maar Bonaire, Saba en Sint-Eustatius worden behoorlijk kaalgevreten door loslopende geiten en ezels. Op Sint-Eustatius alleen al leven 14.000 geiten. Vraat versterkt het risico op erosie en daarmee de bedreiging van de koraalriffen. Dit soort dingen met eigen ogen zien vond ik indrukwekkend, ook vanwege de complexiteit van de problematiek. Gelukkig is er een begin gemaakt met de aanpak van vraat op de eilanden.”
Wat zijn de grote uitdagingen op het gebied klimaatadaptatie en klimaatverandering?
“De overheidsorganen op de eilanden zijn klein. Dat maakt het moeilijk mensen te vinden die leiding kunnen geven aan het beoogde proces van de klimaattafel. Daar komt bij dat de BES-eilanden geen bestuurlijke tussenlaag van provincies of waterschappen kennen, zoals in Europees Nederland. Een ander punt is kennisgebrek. De eilanden missen de capaciteit om zelf een klimaatplan op te stellen. Verder pleit Ed Nijpels in zijn advies over het klimaatplan ook voor sociaal beleid, vanuit de visie dat een arme(re) bevolking minder aandacht kan besteden aan klimaatverandering. In hun eerste reactie op het WRR-rapport ‘Rechtvaardigheid in klimaatbeleid’ onderschrijven de ministers van Klimaat en Energie en IenW dat gerichte ondersteuning nodig is, onder meer via de klimaattafel en het opstellen van klimaatplannen. Als basis hiervoor helpt IenW met de opzet van een klimaateffectatlas met kaartbeelden van de problematiek van droogte en wateroverlast.”
Hoe verliep de voorbereiding op die klimaattafel?
“Voor zijn advies sprak Ed Nijpels met mensen uit alle lagen van de maatschappij. Onze indruk is dat de bestuurders van de eilanden blij zijn met de aandacht en ondersteuning, omdat ze nu echt aan de slag willen met een integraal klimaatplan. Dat vraagt ook om een visie op ruimtelijke ontwikkeling voor de langere termijn. Het koraalrif, een trekpleister voor toeristen, lijdt onder de stijgende temperatuur van het zeewater en wordt bedreigd door erosie. Als die effecten doorzetten, kan dat het toerisme beïnvloeden. In die zin heeft een klimaatplan raakvlakken met economische vooruitzichten.”
Betekent dat zoeken naar balans tussen klimaatdoelen en economische ambities?
“Ja, en daarbij speelt timing een grote rol. Als je een duikschool hebt, weet je dat je business ophoudt als er over enkele tientallen jaren geen (gezond) koraal meer is. Daarom is het belangrijk de klimaattafel te gebruiken voor het ontwikkelen van een perspectief voor een economisch gezonde toekomst én daarbij verantwoordelijkheid te nemen voor klimaatvraagstukken die op de lange termijn gaan spelen.”
Hoe helpt het kabinet de BES-eilanden bij het maken van een klimaatplan?
“De insteek is dat we zijn ingegaan op de hulpvraag vanuit Bonaire, maar dat het eiland zelf de klimaattafel organiseert. Bonaire zoekt daarvoor momenteel een voorzitter. Het kabinet komt na de zomer met een uitgebreide reactie op hoe de verdere ondersteuning vorm krijgt. Die zal in ieder geval gaan over meer klimaatonderzoek. Zo ontwikkelt het KNMI specifiek voor Caribisch Nederland klimaatscenario’s, die worden in oktober verwacht. IenW laat deze vertalen naar een klimaateffectatlas. Saba en Sint-Eustatius zijn kleiner dan Bonaire en mogelijk niet geholpen met een klimaattafel, maar ook die eilanden krijgen ondersteuning.”
Beginnen de klimaatplannen bij nul?
“Zeker niet. Vanuit het huidige coalitieakkoord is 35 miljoen euro uitgetrokken voor een natuur- en milieubeleidsplan (NMBP) met projecten op alle drie de eilanden. Denk bijvoorbeeld aan het aanpakken van de vraat door loslopende dieren en het herstel van koraal en mangrovebossen. Dit zijn initiatieven van de ministeries van LNV en IenW waar klimmaattafel straks op kan voortbouwen.”
Kun je de DPRA-aanpak een-op-een toepasssen in Caribisch Nederland?
“Ed Nijpels stelt in zijn advies dat de DPRA-aanpak nuttig is. Die helpt partijen samen kennis te vergaren over klimaatverandering, met elkaar verschillende oplossingsrichtingen te bedenken en die te vergelijken met hun eigen ontwikkelagenda’s. Dit proces transparant doorlopen biedt een stevige basis voor klimaatadaptatie. Onderdeel van de DPRA-aanpak is ook: klaar zijn voor calamiteiten. Dat betekent dat de eilanden een goed systeem nodig hebben om inwoners te waarschuwen voor orkanen en vloedgolven. Op Saba leeft de bevolking al eeuwen met het risico van schade door orkanen, de meeste huizen zijn orkaanbestendig. Waarschuwingen worden via een sociaal mediasysteem razendsnel gedeeld. Op de andere eilanden is daarvoor waarschijnlijk nog een investering nodig.”
De overheid heeft water en bodem sturend gemaakt bij ruimtelijke ontwikkelingen. Hoe zit dat in Caribisch Nederland?
“Een ruimtelijk ontwikkelingsprogramma voor de BES-eilanden is in de maak bij het ministerie van Binnenlandse Zaken. Ondanks de verschillen in omstandigheden tussen hier en de BES-eilanden kunnen bepaalde principes van water en bodem sturend daar ook nuttig zijn. Denk bijvoorbeeld aan het opvangen van regenwater om water langer vast te houden. Hoe ze dat doen, gaan de eilanden zelf bepalen. Op Saba hebben veel huizen een eigen waterreservoir dat wordt gebruikt voor drinkwater of voor de tuin. Bij een makelaar zag ik dat bij te koop staande woningen wordt aangegeven wat de capaciteit is van die wateropvang, dat is dus belangrijk voor de waarde van een woning.”
Kennis delen
De minister van IenW lanceerde tijdens de VN-conferentie afgelopen maart het International Panel for Deltas and Coastal Areas (IPDC) als manier om kennis en ervaringen rond klimaatadaptatie uit te wisselen tussen de drie bijzondere gemeenten, de Caribische landen van het koninkrijk (Curaçao, Sint-Maarten, Aruba), andere eilanden in het Caribisch gebied en kustgebieden elders in de wereld.
Delen
Pieter den Besten