Klimaatadaptatie in Twente en het Duitse Münster, een grensoverschrijdend werkbezoek

Gepubliceerd 16 november 2018

Op 18 oktober 2018 brachten voorzitter Stefan Kuks en secretaris Sofie Stolwijk van de Stuurgroep Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie (DPRA) een werkbezoek aan de werkregio Twents Waternet. Ook waren er diverse medewerkers van het programmateam RA en van het waterschap Vechtstromen. De groep bezocht Enschede en de Duitse stad Münster. Een bijzonder aspect is dat in de Twentse regio al jarenlang met Duitse partners wordt samengewerkt aan grensoverschrijdend waterbeheer.

Klimaatadaptatie in Twente en het Duitse Münster, een grensoverschrijdend werkbezoek

Afbeelding: werkbezoek aan de werkregio Twents Waternet.

Enschede: voortvarend van risicodialoog naar maatregelen

Eerste stop was Enschede (158.000 inwoners). De gemeente heeft al flinke stappen gezet op het gebied van ruimtelijke adaptatie. Sinds 2014 is een stresstest doorlopen en daaruit zijn de meest kwetsbare plekken in de stad geïdentificeerd. Vervolgens heeft het gemeentebestuur een risicodialoog gevoerd met de gemeenteraad, waarin met behulp van een multicriteria-analyse is bepaald welke risicoplekken zullen worden aangepakt. Stedelijke kernwaarden als veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid hebben daarbij een rol gespeeld. Om tot een bepaling van maatregelen te komen, zijn kosten, risico’s en prestaties afgewogen. Goede communicatie met bewoners om draagvlak te krijgen was een belangrijke voorwaarde van de raad. In de Enschedese wijk Pathmos wordt nu een nieuwe Stadsbeek aangelegd. Ook is er een plan in voorbereiding om een Groene Linie langs de binnenstad te leggen, die met wadi’s regenwater kan opvangen, dat vervolgens via de onderkeldering van een belangrijke verkeersader kan worden afgevoerd.

Twents Waternet en KAS Twente

De Enschedese aanpak is leidend geworden voor de hele werkregio Twents Waternet. Daarin werken alle 14 Twentse gemeenten samen aan klimaatadaptatie. Samen met de bouwcampus Pioneering van de Universiteit Twente wordt de innovatiekracht van de regio op het gebied van duurzaam en circulair bouwen benut. Daarnaast werken de gemeenten Enschede, Hengelo en Almelo, waterschap Vechtstromen en de provincie Overijssel al geruime tijd aan de klimaatactieve stad “KAS Twente”. In het hellende gebied van de Twentse stedenband (300.000 inwoners), waar de drie steden in elkaars verlengde op verschillende hoogten liggen, zoeken zij gezamenlijke maatregelen voor klimaatadaptatie.  Afgelopen anderhalf jaar vormde de Twentse stedenband samen met de IJssel-Vechtdelta het eerste Living Lab Ruimtelijke Adaptatie dat in het kader van het Deltaprogramma werd ingesteld. Een koploperspositie die van grote waarde is voor de werkregio Twents Waternet.

Münster: krachtige aanpak na ontwrichting door extreme ‘Starkregen’

Daarna ging de groep naar de Duitse stad Münster (314.000 inwoners). Een uitzonderlijke regenbui op 28 juli 2014 heeft grote gevolgen gehad voor de aanpak van klimaatadaptatie in deze stad. In 7 uur tijd viel bijna 300 mm regen, waarvan 220 mm in 1,5 uur. Het was de omvangrijkste ‘Starkregen’ ooit in Duitsland, die een schade van 140 miljoen euro tot gevolg had … en dat op 80 kilometer van onze grens! Sindsdien spreken we in Nederland over “de Münsterbui”.

De Duitse gastheren van het Tiefbau-ambt in de Stad Münster legden uit hoe de calamiteit zich in één dag ontwikkelde en hoe die de stad heeft ontwricht: stroomuitval in 24.000 huishoudens, 450 bomen ontwricht, 5 overstroomde rioolpompstations, 10.000 ton drijvend zwerfafval. Er is een plan ontwikkeld voor een Water Sensitive Urban Design om de stad beter te beschermen tegen weersextremen, getiteld “Ein Schirm für Münster”. Uit presentaties en een bezoek aan twee binnenstedelijke ontwikkelingsgebieden bleek heel duidelijk hoeveel kennis we in ons buurland op kunnen doen over de manier waarop een stad kan sturen op meer klimaatrobuustheid in de gebouwde omgeving.

Stefan Kuks bedankte de gastheren in Enschede en Münster voor hun aanknopingspunten voor kennisdeling. Kuks: “Onze samenleving internationaliseert steeds meer. We richten onze aandacht vaak op verre windstreken, terwijl er met directe buren vlak over de grens zoveel kennis uit te wisselen valt. We moeten ook gewoon sámen aan de slag, want het water stopt niet bij grenzen, niet bij die van gemeenten maar ook niet bij landsgrenzen!”