KNMI: Steeds minder koude dagen in Nederland

Gepubliceerd 24 januari 2018

In Nederland was er tot nu toe ieder jaar minimaal één dag met een gemiddelde temperatuur onder het vriespunt. Echter, door klimaatverandering neemt het aantal koude dagen af. Blijven deze koude dagen behouden in een warmere wereld?

Metingen De Bilt

Het weer verandert van dag tot dag. Iedere winter heeft koude, maar ook warme dagen. De waargenomen temperatuur op de koudste dag van het jaar varieert sterk: van -14,9°C in 1956 tot -0,3 °C in 1990. De metingen in De Bilt laten voor de jaarlijks koudste dag een opwarmende trend van 1,7 °C per 100 jaar zien. Deze trend is in recente jaren groter dan aan het begin van de 20e eeuw.

Toekomstige opwarming

De verandering van de jaarlijks koudste dag is groter dan die van de wintergemiddelde temperatuur, die 1,3 °C per 100 jaar bedraagt. In de KNMI-klimaatscenario’s is berekend dat in heel Europa de koudste winterdagen sneller zullen opwarmen dan gemiddelde dagen. Dit kan verklaard worden doordat op koude dagen de lucht uit gebieden in het oosten en noorden komt waar de temperatuur relatief snel toeneemt.

Volgens de KNMI-klimaatscenario’s zet de opwarming van de koudste dag door. Het scenario met de sterkste veranderingen geeft zelfs aan dat rond 2085 de temperatuur op de gemiddeld koudste dag boven het vriespunt kan komen te liggen. Natuurlijk is er in de toekomst ook variabiliteit rond dit gemiddelde en blijven ook dan dagen (ver) onder het vriespunt voorkomen.

Klimaateffectatlas

De Klimaateffectatlas bevat kaarten met het aantal vorst- en ijsdagen voor het huidige klimaat en het klimaatscenario met de sterkste veranderingen in 2050. Met de atlas is het mogelijk om in te zoomen naar je eigen gebied en te bekijken hoe het gemiddeld aantal vorst- en ijsdagen verandert.

Bron: KNMI