Wat zijn de lessen van het hoogwater in juli 2021 in Limburg?
De hevige neerslag in combinatie met het extreem hoge water in juli leidde tot een ramp in Duitsland en België. In Nederland vielen geen slachtoffers, maar in Limburg was de schade enorm. Wat zegt dit over de toekomst? Moeten we rekening houden met meer van dit soort gebeurtenissen? Hoe kunnen we ons daarop voorbereiden? Een breed consortium van kennisinstellingen heeft een eerste analyse gemaakt van de oorzaken en gevolgen. De resultaten zijn vanaf vandaag openbaar.
Consortium was er snel bij
Verschillende kennisinstellingen hebben snel na de gebeurtenis een consortium gevormd. In de weken daarna hebben ze gegevens over de gebeurtenis verzameld. Deze gegevens hebben ze onderzocht, met als uiteindelijke doel om onze waterveiligheid de komende decennia te beschermen. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van het Expertise Netwerk Waterveiligheid (ENW) en onder leiding van Deltares en de TU Delft. De andere betrokken kennisinstellingen zijn HKV Lijn in Water, VU Amsterdam, Universiteit Utrecht, KNMI, WUR, Erasmus MC en Universiteit Twente. Waterschap Limburg en Rijkswaterstaat hebben bijgedragen aan het onderzoek, onder andere door informatie te delen, veldbezoeken te begeleiden en aan interviews mee te doen.
Records verbroken
De hoeveelheden neerslag en rivierafvoeren waren nooit eerder zo groot, zeker niet in de zomer. Een gebeurtenis als deze komt tot nu toe maar eens per 100 tot 1000 jaar voor. De piekafvoer op de Maas bij Eijsden en een aantal zijrivieren was de hoogste afvoer ooit gemeten. De geschatte totale kosten door de overstromingen zijn € 350 tot 600 miljoen. Deze kosten zijn vooral veroorzaakt door schade langs zijrivieren van de Maas, zoals de Geul. De schade is groter dan die tijdens de overstromingen langs de Maas in 1993 en 1995. Deze schattingen worden nog verbeterd met schadegegevens van verzekeraars en de Wet Tegemoetkoming Schade bij Rampen.
Hoogleraar Bas Jonkman (TU Delft): ‘Deze overstroming heeft records gebroken, qua neerslag, afvoer en schade. Hiervan moeten we leren om ons systeem toekomstbestendig te maken.’
Waterkeringen werkten goed
De primaire waterkeringen langs de Maas hebben de gigantische hoeveelheid stromend water goed doorstaan. Wel was er op enkele plekken overlast of schade. Zo stroomde er op sommige plekken water onder de dijk door als gevolg van de hoge waterdruk. Als dat gebeurt, spoelt er zand uit de dijk, waardoor er een soort pijpje ontstaat in de dijk. Dit verschijnsel heet ‘piping’. Ook waren dijken om sommige plekken niet hoog genoeg. Door deze incidenten zijn er op grote schaal tijdelijke maatregelen, zoals zandzakken, ingezet.
Eerste verkenning
De studie, die een eerste verkenning is, geeft ook inzicht in het verloop van de evacuatie, vervuiling en de gezondheidseffecten. De resultaten kunnen gebruikt worden voor vervolgstudies en evaluatie van het systeem. Ook kunnen ze nuttig zijn om technische, ruimtelijke en organisatorische maatregelen te verbeteren.
Kymo Slager (projectleider Deltares): ‘Door deze extreme gebeurtenis te onderzoeken, weten we nu nog beter wat de informatiebehoeftes zijn van de verschillende organisaties die een rol spelen tijdens en na de crisis. Deze inzichten helpen bij de verdere ontwikkeling van technologische hulpmiddelen.’
Symposium Hoogwater 2021
De verschillende onderzoekers hebben de belangrijkste resultaten van het rapport gepresenteerd tijdens het symposium Hoogwater 2021 op 9 september 2021. Voor dit symposium hadden zich meer dan 900 mensen aangemeld. In deze video kun je het webinar terugkijken.