Nieuwe overstromingskaarten kunnen helpen bij bouwbeleid
Het kabinet wil bij de ruimtelijke planvorming dat water en bodem sturend worden. Dat betekent ook dat we bij het bouwen van nieuwe woningen goed moeten kijken naar het overstromingsgevaar van elke locatie. Drie nieuwe overzichtskaarten van Deltares kunnen helpen om hier bij bouwbeleid meer rekening mee te houden.
Eén kaart voor eerste indruk van gevaarzones
Voor een eerste indruk van de gevaarlijkste plekken is de Gevaarzoneringskaart heel geschikt. Deze kunnen beleidsmakers gebruiken om beslissingen te nemen over waar wel en niet gebouwd kan worden, en waar aangepast gebouwd moet worden. De Gevaarzoneringskaart bestaat uit zes voorlopige gevaarzones: in zone 0 is er geen overstromingsgevaar en in zone 5 is het overstromingsgevaar zeer groot. De kaart is gebaseerd op gegevens uit 2022 en is dus een momentopname. Toch geeft hij een goed beeld van waar het relatief meer of juist minder gevaarlijk is. De Gevaarzoneringskaart is gebaseerd op twee kaarten: de kaart van Lokaal Schadegevaar (LSG) en de kaart van Lokaal Verdrinkingsgevaar (LVG).
Wat laat de kaart Lokaal Schadegevaar zien?
De kaart Lokaal Schadegevaar laat voor nu en 2050 zien wat de jaarlijks gemiddelde schade voor nieuwbouw is als gevolg van een overstroming op die locatie. Het gaat dan om alle mogelijke overstromingen: niet alleen als gevolg van dijkdoorbraken of stormvloedkeringen die niet meer werken, maar ook ondiepe overstromingen als gevolg van extreme regen. Opvallend aan de kaart is dat vooral buitendijkse gebieden een groot gevaar op overstromingsschade lopen en de diepste polders in West-Nederland juist vaak heel weinig. Verder valt op dat het gevaar in 2050 op de meeste plekken kleiner is dan nu, doordat dan overal voldaan wordt aan de nieuwe hoogwaterbeschermingsnormen.
Wat laat de kaart Lokaal Verdrinkingsgevaar zien?
De kaart Lokaal Verdrinkingsgevaar geeft voor nu en 2050 aan hoe groot op elke locatie de kans is om daar te overlijden als gevolg van een overstroming. De berekeningen om tot deze kaart te komen zijn gebaseerd op meerdere gegevens: wat op die plek de kans is op een overstroming, hoe snel en diep het daar kan overstromen, hoeveel mensen bij zo’n soort overstroming gemiddeld overlijden, en ook hoe snel mensen er weg kunnen vluchten. Daarnaast berusten de berekeningen op meerdere aannames, waardoor de kaart minder zekerheid biedt dan de kaart Lokaal Schadegevaar. Opvallend aan deze kaart is dat het lokaal verdrinkingsgevaar niet berekend is voor buitendijkse gebieden, omdat ervan wordt uitgegaan dat bewoners daar al weg zijn als er hoogwater dreigt. Verder is het verdrinkingsgevaar in 2050 bijna overal kleiner dan nu, net als bij de kaart Lokaal Schadegevaar.
Hoe kunnen de kaarten helpen bij bouwbeleid?
De kaarten Lokaal Schadegevaar en Lokaal Verdrinkingsgevaar zijn allebei relevant voor beslissingen over de ontwikkeling van grootschalige woningbouwlocaties. Omdat het voor beleidsmakers handig is om één kaart te gebruiken voor beslissingen, heeft Deltares de kaarten gecombineerd tot de Gevaarzoneringskaart. Met deze kaart kun je voor iedere zone beleid vaststellen voor nieuwbouw. En dan niet alleen beleid over waar je wel en niet kunt bouwen, maar ook over waar je aangepast moet bouwen, zoals verhoogde of drijvende woningen.