Rijn en Maas: hoge afvoer wordt hoger en lage afvoer wordt lager
Rijkswaterstaat heeft samen met Deltares en het KNMI berekend wat de nieuwe klimaatscenario’s betekenen voor de afvoeren van de Rijn en de Maas. Hieruit blijkt dat in alle vier de klimaatscenario’s de rivieren in de zomer minder water afvoeren. En dat ze in de winter in de twee hoge scenario’s veel meer water afvoeren. Omdat de Rijn en de Maas belangrijk zijn voor ons drinkwater en de landbouw, moeten we rekening houden met deze veranderende afvoeren.
Hoe beïnvloedt klimaatverandering de Rijn en de Maas?
De vier KNMI-klimaatscenario's geven de mogelijke veranderingen in neerslag, temperatuur en de hoeveelheid zon rond 2050, 2100 en 2150. Deze veranderingen hebben ook invloed op de afvoer van de rivieren de Rijn en de Maas. Uit de berekeningen blijkt dat de Maas net iets anders reageert dan de Rijn, maar de veranderingen zijn in grote lijnen hetzelfde. Zo hangt de hoeveelheid water die door de twee rivieren stroomt, af van de hoeveelheid neerslag die er valt in Duitsland, de Alpen, Frankrijk en België. Verder zal er door klimaatverandering meer water verdampen, omdat het warmer wordt en er meer zonuren zijn. Hoe meer water er verdampt, hoe minder water er door de rivieren stroomt.
Afvoerscenario’s voor de Rijn en de Maas
Op basis van de nieuwe klimaatscenario’s van het KNMI en van hydrologische neerslag-afvoermodellen heeft Rijkswaterstaat afvoerscenario’s ontwikkeld voor de Rijn en de Maas. Die heeft Rijkswaterstaat gebruikt om te berekenen hoe de rivierafvoeren in 2050, 2100 en 2150 kunnen veranderen ten opzichte van nu voor de vier KNMI’23-scenario’s.
Lage afvoeren lager
Uit de afvoerscenario’s blijkt dat de laagste rivierafvoeren van beide rivieren in de zomer lager worden in alle vier de scenario’s. Rijkswaterstaat heeft hiervoor gekeken naar het jaarlijkse 7-daagse minimum: dat is de laagste afvoer in een jaar gedurende 7 dagen achter elkaar. Voor de Rijn heeft Rijkswaterstaat dit onder andere berekend bij Lobith. Deze lage afvoer wordt veroorzaakt door een combinatie van minder neerslag, meer verdamping en minder smeltwater in de zomer door hogere temperaturen.
Hoge afvoeren hoger
Daarnaast heeft Rijkswaterstaat gekeken naar het jaarlijkse maximum van de waterafvoer. Dit is belangrijk voor hoe hoog rivierdijken moeten zijn. Uit de berekeningen blijkt dat de maximale waterafvoer in de winter toeneemt doordat er meer neerslag gaat vallen. De hogere afvoer komt ook doordat een groter deel van de neerslag als regen valt en niet als sneeuw. Er zijn wel verschillen tussen de scenario’s. In de scenario’s die uitgaan van een lage toekomstige uitstoot van broeikasgassen verandert er niet veel. De twee hoge scenario’s laten zien dat de rivierafvoeren sterk toenemen. In het natte scenario is de maximale waterafvoer per jaar in 2100 zelfs met meer dan 30 procent toegenomen.