Klimaatadaptatie: wie betaalt wat?

Gepubliceerd 21 februari 2023

Súdwest-Fryslân wil in 2050 klimaatbestendig zijn. Een van de manieren om dat voor elkaar te krijgen is het maken van goede financiële plannen: wie betaalt wat? De gemeente is partner van het programma LIFE-IP Klimaatadaptatie. Op vier locaties worden businessmodellen getest. “We hopen er nuchterheid in te brengen.”

Extra duw in de rug

Anne van Scheltinga is projectleider LIFE-IP Klimaatadapatie in de gemeente Súdwest-Fryslân. Hij is blij met de financiële steun uit Europa. “We werken al jaren aan een klimaatbestendige gemeente en dit programma geeft een extra duw in de rug.” De ambities van de gemeente staan in het Omgevingsprogramma klimaatadaptatie Súdwest-Fryslân. Onder de vlag van LIFE-IP Klimaatadaptatie verzamelt de gemeente, samen met twee andere projecten, kennis over businessmodellen en financiering. Want aanpassen aan klimaatverandering kost geld, maar hoe bepaal je wie wat gaat betalen? En als de maatregelen leiden tot besparing, wie profiteert daar dan van?

Ingrijpende maatregelen

Ook in Súdwest-Fryslân moeten veel woningen worden gebouwd, zegt Van Scheltinga. “Duizend in totaal, in de huidige coalitieperiode.” Veel mogelijke locaties liggen in laag gebied, waar ook agrarische bedrijven zijn gevestigd. Om de woningen zo te bouwen dat ze bestand zijn tegen extreem weer, zijn ingrijpende maatregelen nodig. Van Scheltinga: “Het kan zijn dat de bouwgrond twee tot drie meter moet worden opgehoogd – een dure grap. Als je dan een klein bouwproject hebt, met tien tot twintig woningen, kost dat te veel. Maar een groot project gaat misschien weer ten koste van landbouwgrond. Dat kan leiden tot financiële problemen bij agrariërs. Het zijn ingewikkelde puzzels.”

Belangen bij elkaar brengen

Bij grote opgaven als klimaatadaptatie is het de kunst om verschillende belangen bij elkaar te brengen. Van Scheltinga: “Agrariërs kijken natuurlijk naar hun verdienmodel. Zij vragen zich af: wat leveren klimaatadaptatie-maatregelen mij op? Een gemeente kijkt naar het maatschappelijk belang, maar ook daar zit een prijskaartje aan. Hoe kun je dan samen tot een passende financiële aanpak komen?” Ondanks de onrust in de agrarische sector, vanwege de discussies over onder meer stikstof, is Van Scheltinga optimistisch over het contact tussen de gemeente en de agrariërs. “We hebben sinds 2018  regelmatig overleg met vertegenwoordigers van de agrarische sector en natuurorganisaties, vanwege ons programma Vitaal Landschap. In dat programma werken we aan landbouwvernieuwing en natuurherstel. Dat doen we samen met alle betrokken partijen. Je kunt in gebieden prima met elkaar in gesprek om samenhangende oplossingen in beeld te krijgen.”

Geen wiel uitvinden

De gemeente Súdwest-Fryslân gebruikt het geld uit het LIFE-IP-programma om vier demonstratielocaties in te richten voor het uitwerken van businessmodellen. In de eerste helft van 2023 wordt duidelijk welke locaties dat zijn. “We zoeken twee plekken in de bebouwde omgeving, en twee in de agrarische omgeving”, zegt Van Scheltinga. Hij benadrukt dat het zeker niet de bedoeling is om opnieuw het wiel uit te vinden. “Er bestaan al veel businessmodellen. Wij willen vooral uitzoeken hoe zo’n model makkelijk kan worden toegepast. We hopen er nuchterheid in te brengen, geen hoog academisch gehalte. Zodat andere overheden de door ons geteste businessmodellen ook makkelijk kunnen gebruiken.”


Meer informatie