Onmiddellijk wereldwijd actie nodig om klimaatakkoord Parijs nog te kunnen halen

Gepubliceerd 5 april 2022

Landen moeten meer ambitie hebben en onmiddellijk in actie komen om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden, zoals dat is afgesproken in het klimaatakkoord van Parijs. Dit staat in het nieuwste rapport van het IPCC, het klimaatpanel van de Verenigde Naties (VN). De komende jaren zijn hierbij cruciaal.

Radicale veranderingen

De uitstoot van CO2 was tussen 2010 en 2019 groter dan in eerdere decennia. Hoewel economische activiteiten gemiddeld minder energie kostten, zorgde de groei van industrie, transport, energieproductie, landbouw en de gebouwde omgeving er toch voor dat de uitstoot bleef stijgen. Landen moeten daarom drastische maatregelen nemen en maatregelen versneld uitvoeren. Dit is volgens het IPCC nog steeds mogelijk. Maar daarvoor zijn radicale veranderingen nodig.

3,2 graden warmer

Met de huidige beloftes van landen om hun CO2-uitstoot te beperken, gaat het niet lukken om de opwarming ten opzichte van de periode 1850-1900 onder de 1,5 graden te houden. De beloofde maatregelen zorgen er in het beste geval voor dat de uitstoot in 2030 niet meer toeneemt. Als landen geen extra maatregelen nemen, zal de wereld volgens het IPCC in 2100 zo’n 3,2 graden warmer zijn geworden dan de periode 1850-1900.

CO2-uitstoot naar nul

De meeste berekeningen geven aan dat de mondiale uitstoot van CO2 in 2050 nul moet zijn. Daarna moet de uitstoot negatief worden. Dit betekent dat er heel veel CO2 uit de atmosfeer moeten worden gehaald. Om onder de 2 graden te blijven is er iets meer ruimte, maar ook hiervoor moet de uitstoot de komende jaren fors dalen en na enkele decennia nul zijn.

Klimaatrechtvaardigheid voorkomt botsing van doelen

In het rapport staat verder dat maatregelen om de opwarming tegen te gaan, soms kunnen botsen met de Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s). Dat zijn de zeventien doelen van de Verenigde Naties die een eind moeten maken aan armoede, ongelijkheid en klimaatverandering in de wereld. Een voorbeeld van zo’n botsing is dat technologieën voor zonne-energie en elektrische auto’s steeds goedkoper worden. Dat helpt om de uitstoot te beperken, maar de winning van grondstoffen daarvoor heeft in armere landen vaak negatieve gevolgen voor mens en milieu. Daarom is het belangrijk dat deze technologieën wereldwijd rechtvaardig worden gebruikt. Dit heet klimaatrechtvaardigheid.

Derde deel van het 6e IPCC-rapport

Het IPCC is de organisatie van de Verenigde Naties die de risico’s van klimaatverandering evalueert. Elke zeven jaar geeft het IPCC een nieuw overzicht van de wetenschappelijke inzichten over klimaatverandering. Dit document is het derde en laatste deel van het zesde rapport en gaat in op klimaatmitigatie: de maatregelen om verdere klimaatverandering tegen te gaan. Deel 1 kwam in augustus 2021 uit en ging over de wetenschappelijke basis van het onderzoek naar klimaatverandering. Deel 2 werd eind februari 2022 gepubliceerd en ging over klimaatadaptatie.