Waterbeheer en ruimtelijke opgaven zijn lange tijd gescheiden beleidsdomeinen geweest, maar de huidige tijdgeest vraagt om een meer integrale en innovatieve aanpak van projecten. De toenemende betrokkenheid van steeds meer partijen – niet alleen overheden maar ook bewoners, boeren, industrie, recreanten, weggebruikers en natuurbeschermers – maakt het belangrijk om tot breed gedragen besluiten te komen. De decentralisatie en bezuinigingen van de laatste jaren maken samenwerking nog urgenter. Om deze samenwerking te bevorderen organiseert Platform 31 sinds 2012 in opdracht van de Unie van Waterschappen, Rijkswaterstaat, het Deltaprogramma en het Ministerie van I&M de leergemeenschappen Water en Ruimte.
Doel van deze studie is bij te dragen aan de beantwoording van de vraag wat gedaan kan worden aan het veiligheidstekort van dijkring 14, Centraal Holland, nu in de derde toetsronde de waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandsche IJssel en Amsterdam-Rijnkanaal (zogenaamde C-keringen) afgekeurd zijn. Een tweede doel is om de projectgroep en de stuurgroep te voorzien van materiaal om de discussie over het nieuwe normeringstelsel over waterveiligheid te voeren toegespitst op de veiligheid van Centraal Holland.
Rekenmethode UCAM bepaalt voor steden met een gematigd klimaat de invloed van de stedelijke omgeving op hittegerelateerde gezondheidsrisico’s. Daarnaast biedt het inzicht in oplossingsrichtingen om deze risico’s te beteugelen, door aanpassingen in de stedelijke inrichting voor te stellen.
In het Deltaprogramma staat de voorbereiding van de te nemen beslissingen voor de toekomst van onze delta centraal. Richtinggevende deltabeslissingen worden in 2014 voorgelegd aan het kabinet. Voor de bekostiging van projecten die lokaal en regionaal concrete uitvoering geven aan het programma is het belangrijk te weten of/welke financiële bijdragen de Europese Commissie voor de uitvoer van Nederlandse klimaatadaptatieprojecten heeft.
We staan in Nederland voor een grote opgaaf: veel panden gebouwd op houten palen krijgen problemen met de kwaliteit van die paalfundering. De schade die hierdoor wordt veroorzaakt wordt, wanneer er geen maatregelen genomen worden, geraamd op een theoretisch maximum van 40 miljard euro (Hoogvliet et al, 2012). Is die dreigende schade aan paalfunderingen nog te voorkomen? De geschetste omvang van de problematiek maakt het noodzakelijk te zoeken naar preventiemaatregelen en goedkopere oplossingen.