Wat gebeurt er aan eerlijke klimaatadaptatie in Nederland?
Er zijn de afgelopen paar jaar een aantal onderzoeken gedaan naar eerlijke klimaatadaptatie in Nederland. Zo hebben het Klimaatverbond Nederland en Samen Klimaatbestendig met een enquête onderzocht in hoeverre klimaatrechtvaardigheid een onderwerp is binnen het adaptatiebeleid in Nederlandse gemeenten. Verder zijn er meerdere masterscripties geschreven over eerlijke klimaatadaptatie in Nederlandse gemeenten. Je leest er meer over op deze pagina.

Verkenning naar eerlijk adaptatiebeleid bij gemeenten
Klimaatverbond Nederland en Samen Klimaatbestendig hebben in 2023 een eerste verkenning naar rechtvaardigheid in gemeentelijk klimaatadaptatiebeleid opgesteld. De centrale vraag: Is klimaatrechtvaardigheid een onderwerp binnen het adaptatiebeleid in Nederlandse gemeenten? Daarvoor is een korte enquête rondgestuurd onder ongeveer 1200 klimaatprofessionals. Dit leidde in totaal tot zo’n 50 reacties, waarvan 35 van gemeenten. Van de gemeenten die reageerden gaf twee derde aandacht aan eerlijke klimaatadaptatie. Enkele conclusies:
- Er is een gebrek aan kennis over klimaatrechtvaardigheid. In sommige gemeenten ontbreekt het aan kennis over de impact van klimaatverandering op bewoners die zichzelf minder goed kunnen beschermen.
- Taal speelt een belangrijke rol. Uit de reacties blijkt dat professionals nog zoeken naar taal die inhoudelijk klopt maar ook voor iedereen begrijpelijk is.
- Om aan de slag te gaan is het volgende nodig: het creëren van bewustzijn en een gevoel van urgentie, voldoende capaciteit en (financiële)middelen, een actieve samenwerking tussen verschillende domeinen binnen gemeenten, vooral het fysieke en sociale domein, en concrete voorbeelden en praktische handvatten.
Where We Stand: Verkenning Ongelijkheden in Klimaatadaptatiebeleid
Patricia L. Enriquez en Lok Yee Liona Li hebben in Where We Stand (pdf, 19 MB) onderzocht hoe vier wijken in Rotterdam Zuid beïnvloed worden door klimaatverandering. In twee van deze wijken leeft ongeveer 20 procent van de bewoners rond het sociaal minimum. In de twee andere wijken is dat een kwart. In alle wijken heeft het grootste deel van de bewoners een niet-westerse achtergrond. Daarnaast is er onderzoek gedaan naar de beleidsmaatregelen om klimaatuitdagingen aan te pakken. En bewoners hebben in groepsdiscussies laten weten hoe zijn dachten over klimaatrisico’s, kwetsbaarheden en veerkracht. Hieruit kwam naar voren dat bewoners onder meer problemen hadden met hun woning: lekkages, schimmel, slechte isolatie, slechte ondersteuning bij het onderhoud van woningcorporaties en beheerders. Hun omgeving veranderde bovendien als gevolg van gentrificatie: in de nieuwbouw kwamen vooral rijkere mensen van buiten te wonen. Dit ging vaak ten koste van sociale huurwoningen, met als gevolg dat veel bewoners gedwongen verhuisden. Verder zagen bewoners hittestress, droogte en overstromingen als de grootste klimaatrisico’s. De onderzoekers merken op dat groene maatregelen kunnen bijdragen aan gentrificatie, waardoor kwetsbare bewoners uit hun wijk worden verdreven. Hun aanbeveling is om bij het ontwikkelen van eerlijk beleid bewoners zoveel mogelijk te betrekken.
Onderzoek naar eerlijke vergroening in wijken
Esmee de Haan heeft in haar masterscriptie Leaving No One Behind onderzocht hoe je op een eerlijke manier groene maatregelen (‘nature-based solutions’) kunt inzetten voor klimaatadaptatie. Ze richtte zich specifiek op groene maatregelen in de stad Breda die de effecten van klimaatverandering moeten verminderen. In Breda zijn er subsidies voor bewoners die zelf groene maatregelen willen nemen. De Haan wilde weten waarom bewoners uit een wijk met een lagere sociaaleconomische status daar geen gebruik van hadden gemaakt. Zij ontdekte dat veel bewoners er niet van wisten. De Haan doet verschillende aanbevelingen aan gemeenten om de situatie eerlijker te maken:
- Zet in kwetsbaardere wijken vooral in op groene en blauwe maatregelen die makkelijk zijn uit te voeren.
- Maak subsidies om te vergroenen beschikbaar voor woningcorporaties.
- Maak inwoners bewust van het bestaan van subsidies.
- Zorg voor een online netwerk om subsidies meer bekendheid te geven.
- Geef meer aandacht aan inwoners in kwetsbaardere wijken.
- Bedenk wat rechtvaardig is en ga hierover in gesprek.
- Vraag inwoners hoe zij hun leefomgeving willen verbeteren.
Onderzoek naar hoe steden ongelijke vergroening aanpakken
Rosaline Pinto heeft in haar masterscriptie Towards Urban Justice onderzocht of Rotterdam en Utrecht over de bestuurlijke capaciteit beschikken om groene (on)rechtvaardigheid aan te pakken. Zij deed hiervoor onderzoek naar beleids- en visiedocumenten. Uit haar onderzoek blijkt dat beide steden pogingen doen om groene (on)rechtvaardigheid aan te pakken, maar ook dat het nog beter kan. Ze erkennen dat er in de oudere wijken en het stadscentrum ongelijkheden bestaan in de hoeveelheid groen en de kwaliteit ervan. Utrecht geeft duidelijk aan dat ze begrijpt dat er ongelijkheid is en dat er verschillen in stedelijk groen zijn. Rotterdam zet zich in om de hele stad aantrekkelijker en leefbaarder te maken, zonder daarbij expliciet in te gaan op ongelijkheid of ongelijke verdeling van groen in de stad. Uit het onderzoek blijkt ook dat er behoefte is aan een meer op maat gemaakte aanpak om bewoners te betrekken bij besluitvormingsprocessen. Bewoners hebben vaak nog het gevoel dat hun inbreng door de gemeente wordt genegeerd.
Onderzoek naar klimaatrechtvaardigheid in adaptatiestrategieën
Inge van Beek heeft in haar masterscriptie (Un-)just climate adaptation? Climate justice in adaptation strategies in the Rijnmond-Drechtsteden Region (pdf, 2.4 MB) onderzocht of ideeën over klimaatrechtvaardigheid een rol hebben gespeeld in adaptatiestrategieën in de regio Rijnmond-Drechtsteden. Daarvoor heeft Van Beek 11 adaptatiestrategieën geanalyseerd aan de hand van de factoren ‘verdeling’, ‘proces’, ‘herkenning’ en ‘herstel’. Ook heeft ze 13 beleidsmakers geïnterviewd die betrokken waren bij de ontwikkeling van een adaptatiestrategie. Uit haar onderzoek blijkt onder meer dat klimaatrechtvaardigheid vooral een rol speelt in recente adaptatiestrategieën die dit begrip expliciet noemen. Er is volgens Van Beek verder nog weinig aandacht voor de sociale achtergrond van kwetsbare groepen. Gebrek aan capaciteit speelt hierbij een rol. De meeste geïnterviewden geven aan dat ze het bewustzijn over klimaatadaptatie onder bewoners willen vergroten, vooral in kleinere gemeenten. Ook vinden ze het vaak ingewikkeld om sociale en technische beleidsdomeinen met elkaar te verbinden, wat het lastig maakt om klimaatrechtvaardigheid mee te nemen. Van Beek signaleert verder een behoefte aan meer kennis en uitwisseling van kennis, en aan hulpmiddelen om een beter beeld te krijgen van kwetsbare groepen.