Wees je ervan bewust dat er altijd mensen zijn die zich niet herkennen in de doelgroep die het meest zichtbaar is. Of die je überhaupt niet bereikt met je communicatie. Denk aan inwoners die de Nederlandse taal niet spreken. Aan laaggeletterden. Of aan mensen met een verstandelijke beperking. Bedenk wat je kunt doen om ook die groepen te bereiken. Is er een grote groep inwoners die niet kan lezen? Dan kun je bijvoorbeeld een video maken die de actie duidelijk uitlegt. Of langsgaan in de buurt met een bus. Worden er taallessen gegeven in een buurthuis bijvoorbeeld? Vraag dan aan de docent of je op bezoek mag komen om de actie daar bekend te maken. Een andere manier is om in brieven en flyers te vragen of de lezers ervan ook buren en andere geïnteresseerden willen meevragen. Meer tips en handvatten vind je in de Handreiking risico- en crisiscommunicatie specifieke doelgroepen (pdf, 3.8 MB).
Herhaling werkt. Als mensen iets herkennen doen ze eerder mee. Dat is bijvoorbeeld een reden dat het NK Tegelwippen veel succes heeft. Voorkom dat je actie een losse flodder is. Bedenk bijvoorbeeld een grotere campagne waar je verschillende activiteiten aan ophangt. Of sluit aan bij een bestaande campagne. Besteed ook aandacht aan hoe je vervolg geeft aan een actie. Je kunt bijvoorbeeld foto’s maken van alle geveltuintjes en daarna mensen laten stemmen op de mooiste geveltuin. Of je kunt een halfjaar later een stekjesdag organiseren waarop mensen stekjes met elkaar kunnen ruilen.