FAQ impulsregeling klimaatadaptatie
Heb je na het lezen van de pagina over de Impulsregeling klimaatadaptatie nog vragen? Kijk dan in onderstaande veelgestelde vragen of je vraag daartussen staat. Staat je vraag er niet tussen? Stuur dan een mail naar impulsregelingka@rws.nl.
Wie kan aanspraak maken op middelen uit de impulsregeling?
De impulsregeling is bedoeld voor gemeenten, provincies en waterschappen. Zij kunnen dus aanspraak maken op middelen uit de regeling. Ze moeten dan wel deelnemen aan een werkregio.
Wie kan een voorstel indienen?
Als werkregio kun je zelf bepalen welke organisatie als aanvrager en kassier gaat optreden. Omdat er met specifieke uitkeringen gewerkt wordt, moet dit wel een gemeente of provincie zijn. Tijdens de uitvoering van het maatregelenprogramma maakt de kassier de middelen beschikbaar aan de uitvoerende gemeenten, provincies of waterschappen.
Waarom mag een waterschap geen kassier zijn?
Uit de Wet Financiële verhoudingen volgt dat alleen gemeenten en provincies kassier mogen zijn voor een specifieke uitkering (SPUK) die het ministerie toekent aan de werkregio.
Wat betekent het dat minimaal twee bestuurslagen commitment moeten uitspreken over het plan dat de werkregio indient?
Minimaal twee van de drie bestuurslagen (gemeente, provincie, waterschap) moeten het eens zijn met de voorgestelde maatregelen in het plan. Deze kwestie is vooral belangrijk als een werkregio alleen uit gemeenten bestaat en een voorstel indient. Zij moet dan aantonen dat ze ook het commitment heeft van de provincie of het waterschap. Als een werkregio bestaat uit gemeenten, waterschap en provincies, en zij samen het voorstel indienen, dan is het bedoelde commitment automatisch geborgd.
Met deze eis wil het Rijk waarborgen dat er vanuit verschillende perspectieven naar het maatregelpakket is gekeken en dat de logica van de gemaakte keuzes wordt ondersteund. Het hoeft niet te betekenen dat beide bestuurslagen direct belang hebben bij de maatregelen of er beide aan meebetalen.
Er wordt 'bestuurlijk getekend'. Wie moet tekenen?
In lijn met het bestuursakkoord klimaatadaptatie moeten politieke bestuurders tekenen. Geen ambtelijke directeuren. De bestuurders tekenen namens de hele werkregio, en doen dat op basis van relevante bestuurlijke overleggen. Ten minste 50% van de besturen van de decentrale overheden in de werkregio moet instemmen met het maatregelenpakket. Deze bestuurders zijn bovendien afkomstig van minimaal twee bestuurslagen. Hoewel het niet verplicht is, is het sterk aan te bevelen als ook de kassier tekent. Hij of zij heeft namelijk een belangrijke rol richting regionale overheden en het Rijk.
Hoe zit in de regeling de verantwoordelijkheidsverdeling tussen de aanvrager/kassier namens de werkregio en de bestuurslagen die de aanvraag mede-ondertekenen? Is bijvoorbeeld de kassier verantwoordelijk voor het naleven van de subsidievoorwaarden van mede-ondertekenaars?
Alle bestuurders die een aanvraag ondertekenen zijn verantwoordelijk, dus niet alleen de kassier. De kassier is degene die de bijdrage vanuit het Rijk zal ontvangen en verdelen.
Betekent een handtekening dat je ook aansprakelijk bent?
Je dient de aanvraag als werkregio in. De bestuurders die hun handtekening zetten, zijn daarmee verantwoordelijk voor de uitvoering. De werkregio bepaalt zelf wat er gebeurt als een maatregel niet zoals gepland uitgevoerd kan worden. Je kunt dan vervangende maatregelen uitvoeren. Deze moet je dan tijdig melden bij het ministerie. De aanvraag zelf hoeft dan niet aangepast te worden.
De aanvraag moet door 50% van de partijen en minimaal twee lagen ondertekend worden. Mag de ondertekening ook bij volmacht gedaan worden door één partij namens alle anderen?
Ja. Het is toegestaan om een ander te machtigen voor de ondertekening. De gemachtigde partij moet wel aantonen dat ze gemachtigd is. Dat betekent dat ze bij de aanvraag de machtigingen moet inleveren van de betrokken deelnemers.
In hoeverre is een samenwerkingsovereenkomst nodig tussen provincie en waterschap om de aanvraag in goede banen te leiden?
Hoe de partijen met elkaar aan de uitvoering van maatregelen willen samenwerken (governance) is een vraagstuk voor de regio. De governance moet wel beschreven worden in de aanvraag, maar aan de governance zelf zijn geen eisen gesteld. De enige eis op dit gebied zijn de bestuurlijke handtekeningen op het aanvraagformulier.
Kun je ook meerdere keren per jaar een aanvraag doen?
Nee. Elke werkregio kan maximaal één keer per jaar een aanvraag doen. Dit kan tot en met 2023 en totdat het maximum van de rijksbijdrage voor de werkregio is bereikt.
De verdeelsleutel is gebaseerd op inwoneraantal en oppervlak van de gemeenten binnen een werkregio. Wordt de verdeelsleutel aangepast bij gemeentelijke herindelingen?
Nee. Aan het begin van deze impulsregeling bepaalt het Rijk per werkregio op welk aandeel van het totaal de werkregio maximaal aanspraak kan maken. Het is niet werkbaar om dit jaarlijks bij eventuele herindelingen en grenscorrecties aan te passen. Verwacht je een gemeentelijke herindeling? Dan is het verstandig om hier rekening mee te houden in de samenstelling van de werkregio. Zorg er bijvoorbeeld voor dat gemeenten die gaan fuseren in één werkregio vallen.
Blijft het budget gelabeld voor een werkregio tot en met 2023? Of worden in 2023 budgetten ‘vrijgegeven’ en verdeeld onder regio’s die in 2023 een aanvraag indienen?
De middelen kunnen tot en met eind 2023 aangevraagd worden en blijven tot dan beschikbaar voor de werkregio. In de stuurgroep water is afgesproken dat de middelen die per 1 januari 2024 nog niet zijn aangevraagd, beschikbaar blijven voor de doelen in het bestuursakkoord. In 2024 wordt besproken in welke vorm dit zal gebeuren.
Voor welk type maatregelen kun je subsidie krijgen?
De impulsregeling is bedoeld voor de uitvoering van fysieke maatregelen tegen wateroverlast of droogte, of om de gevolgen van overstromingen te beperken. Daarin onderscheiden we vier typen maatregelen:
- ruimtelijke inrichtingsmaatregelen
- maatregelen om water vast te houden en te benutten
- maatregelen om water te bergen
- maatregelen om de waterafvoercapaciteit te vergroten
In de voorbeeldlijst van maatregelen (pdf, 26 kB) staan verschillende voorbeelden van deze vier typen maatregelen. De laatste drie typen staan in volgorde van voorkeur: de grootste voorkeur gaat uit naar maatregelen die water vasthouden en ook benutten, daarna naar maatregelen die water bergen en als laatste naar maatregelen die alleen bedoeld zijn om water af te voeren. Maar de decentrale overheden mogen zelf afwegen voor welk typen ze kiezen.
Welke kosten komen niet voor een bijdrage in aanmerking?
De volgende kosten komen niet in aanmerking voor een bijdrage:
- Regulier en achterstallig onderhoud
- Kosten voor personeel van de eigen organisatie
- Kosten voor maatregelen die uitsluitend of grotendeels bestemd zijn om hittestress tegen te gaan
- Kosten om subsidies te geven aan bedrijven en burgers
- Kosten om grond aan te kopen
- Kosten om stresstesten uit te voeren, risicodialogen te voeren of subsidies aan te vragen
- Andere kosten om de uitvoering van adaptatiemaatregelen voor te bereiden
Klopt het dat nieuwbouw is uitgesloten van de regeling? Kunnen klimaatadaptieve maatregelen in nieuwe stedelijke ontwikkelingen niet worden meegenomen?
Het klopt dat je deze aanvraag niet voor nieuwbouw kunt doen. De impulsregeling gaat alleen over bestaande bouw. De kosten voor klimaatadaptieve maatregelen bij nieuwbouw kun je doorberekenen aan de belanghebbende partijen zoals ontwikkelaars of kopers.
Kun je ook een bijdrage krijgen voor maatregelen tegen hittestress?
Nee, je kunt geen bijdrage krijgen voor maatregelen tegen hittestress. Dat kan alleen als de maatregelen ook aantoonbaar bijdragen aan het tegengaan van wateroverlast, droogte of de gevolgen van overstromingen. De reden daarvoor is dat de rijksbijdrage wordt bekostigd uit het Deltafonds, dat nadrukkelijk gekoppeld is aan wateropgaven. Voor het Deltafonds is in de Waterwet vastgelegd aan welke doelen het geld besteed mag worden.
Moet de gemeente of een andere overheid volle eigenaar zijn van de maatregelen? Of mag je de impulsregeling ook gebruiken om particuliere initiatieven aan te jagen?
Het Deltafonds kan bijdragen aan maatregelen die overheden treffen in het kader van hun (wettelijke) waterbeheertaken. Voor gemeenten geldt dat die taken zich beperken tot de openbare ruimte (en de rijksbijdrage dus ook). Voor waterschappen geldt dat niet. Waterschappen kunnen maatregelen treffen buiten de openbare ruimte. Maar daar geldt wel voor dat de maatregelen in het algemeen belang moeten zijn (het moet bv niet alleen ten goede komen aan de boer op wiens grondgebied de maatregel getroffen wordt). Dat betekent dat maatregelen in het landelijk gebied die er bijvoorbeeld voor zorgen dat het watersysteem in een groter gebied ontlast wordt, wel in aanmerking komen voor bijdrage uit de impulsregeling.
Geldt de impulsregeling ook voor maatregelen die het maaiveld verhogen? Door het maaiveld te verhogen kun je een overstroming op die plek voorkomen. Daarnaast creëer je door de verhoging ruimte om overtollig water te bergen.
Nee, de impulsregeling geldt niet voor maatregelen die het maaiveld verhogen, omdat dat bouwkundige maatregelen zijn. De financiering van de impulsregeling komt het uit Deltafonds, en die financiert alleen zaken die overheden in het kader van hun wettelijke watertaken uitvoeren. Ruimtelijke maatregelen die bijdragen aan de goede uitvoering van watertaken kunnen wel worden gefinancierd, maar bouwkundige zaken niet. Wegen, terpen of andere ophogingen zijn daarom geen maatregelen waarvoor deze impulsregeling bedoeld is. Gescheiden systeemriolen, bassins, groen langs wegen en mogelijkheden om regenwater op te vangen zijn dat wel.
Wat is het verschil tussen ‘maatregelen’ en ‘projecten’?
Een project is bijvoorbeeld een gebiedsontwikkeling in een gemeente. De maatregelen zijn de klimaatadaptatiemaatregelen binnen de gebiedsontwikkeling.
Sommige gemeenten hebben al veel maatregelen ‘in de pijplijn’. Maar stel dat een aanvrager de ‘extra impuls’ van het Rijk gebruikt om een bestaand plan heel simpel uit te breiden met de aanplant van nog een paar klimaatbomen. Mag dat?
Ja, dat mag. Je kunt klimaatadaptatie versnellen door maatregelen in de tijd naar voren te halen, al geplande maatregelen uit te breiden om daarmee het effect te vergroten of door maatregelen uit te voeren die wegens gebrek aan middelen eerder niet geprogrammeerd konden worden. Het Rijk beoordeelt niet inhoudelijk of de opgegeven maatregelen voor de regio het beste zijn. Dat is de taak van de bestuurders in de regio zelf die verantwoordelijkheid nemen voor een goede aanvraag en besteding van de impulsgelden. De impulsregeling is bedoeld om voortvarend een slag te maken en versnelling te geven in de aanpak van maatregelen die de regio echt noodzakelijk vindt. De minister geeft één keer een impuls, dus één keer een kans om het geld goed in te zetten voor versnelling. .
Moet je de kosteneffectiviteit per maatregel onderbouwen, of kan dit ook voor het totaal aan maatregelen?
In principe moet je de kosteneffectiviteit per maatregel beschrijven omdat de afweging niet overal hetzelfde is. Een maatregel in gemeente X kan een andere afweging kennen als in gemeente Y. Als de afwegingen steeds hetzelfde zijn, kun je ze wel bundelen.
Wat wordt bedoeld met Versnelling? Betekent het dat we maatregelen naar voren halen waar nu nog geen geld voor is? Of gaat het om maatregelen waar al wel geld voor is, maar die eerder uitgevoerd gaan worden?
Het kan meerdere vormen van versnelling betekenen: je kunt klimaatadaptatie versnellen door maatregelen in de tijd naar voren te halen, door al geplande maatregelen uit te breiden om het effect ervan te vergroten, of door maatregelen uit te voeren die eerder niet gepland konden worden wegens gebrek aan middelen. In de aanvraag moet je toelichten op welke manier je het proces wilt versnellen.
Volgens de criteria van de impulsregeling waardeert het Rijk integraliteit of ‘meekoppelen’ in de aanvraag. Dit betekent dat je klimaatadaptatie verbindt aan andere maatschappelijke opgaven. Hoe beoordeelt het Rijk die integraliteit, en hoe weegt integraliteit mee in de aanvraag?
Meekoppelen is ook een ambitie van het DPRA. Daarmee wil het programma integrale maatregelen stimuleren die meerdere doelen dienen. Daarbij kun je denken aan maatregelen die niet alleen wateroverlast maar ook droogte of de gevolgen van een overstroming verminderen. Daarnaast gaat het om maatregelen die naast het thema klimaatadaptatie ook andere opgaven aanpakken, zoals de beschikbaarheid van zoetwater, de waterkwaliteit, vergroening, biodiversiteit, de energietransitie en de volksgezondheid. Meekoppelen is geen harde voorwaarde. Maar de aanvragers krijgen wel de vraag om toe te lichten hoe de maatregelen wateroverlast en de gevolgen van droogte en overstromingen tegengaan, en aan welke andere beleidsdoelen het maatregelenpakket een bijdrage levert.
Als je alleen het rioolstelsel zelf wilt aanpassen, valt dat dan ook onder de impulsregeling? Hoef je dat niet te combineren met bovengrondse maatregelen?
Ja, een rioolstelsel aanpassen valt binnen de impulsregeling. Dus als je bijvoorbeeld een gescheiden rioolstelsel gaat aanleggen, kun je een aanvraag doen voor een bijdrage. Reguliere werkzaamheden, zoals beheer en onderhoud, komen niet voor een bijdrage in aanmerking.
Een gemeenschappelijke tuin is particulier terrein maar wel openbaar toegankelijk. Mag een gemeente een maatregel in zo’n tuin samen met een woningbouwvereniging indienen?
Nee. Van terreinen die tot de openbare ruimte gerekend worden en binnen gemeentegrenzen liggen, is de gemeente meestal de eigenaar en altijd de beheerder. De gemeenschappelijke tuin bij een complex dat in eigendom en beheer van een woningcorporatie is, is geen openbaar gemeentelijk gebied.
Kun je ook eerst een globale aanvraag indienen, waarin je nog niet alle maatregelen specifiek hebt uitgewerkt? Dit zou misschien een beetje bluffen zijn, maar het zou ook veel tijd schelen in de aanvraag en verantwoording. Hoe gewaagd is deze aanpak?
Je kunt alleen een aanvraag indienen voor concrete maatregelen die nog uitgevoerd gaan worden. Deze maatregelen moeten volgen uit stresstesten, risicodialoog en uitvoeringsagenda en er moet tweederde deel cofinanciering tegenover staan. Je kunt geen stelposten (schattingen) in de aanvraag opgeven. Je kunt tijdens de looptijd wel andere maatregelen nemen dan die je in het aanvraagformulier hebt vermeld en waar de beschikking op is gebaseerd. Als je dat doet, moet je dat wel melden bij IenW. Het ministerie zal deze wijziging dan toetsen.
In hoeverre zijn maatregelen binnen een project uitwisselbaar?
Blijkt na de verlening van een specifieke uitkering dat een maatregel toch niet gerealiseerd kan worden? Dan kunnen de deelnemers van de werkregio samen besluiten een andere of soortgelijke maatregel elders in de regio te realiseren die voldoet aan hetzelfde doel van de verleende uitkering. De regeling staat dit toe. De beschikking tot verlening hoeft hiervoor ook niet te worden gewijzigd. Wel moet de aanvrager op tijd melden dat hij een vervangende maatregel gaat nemen. Hij moet dat doen voordat deze maatregel uitgevoerd gaat worden. Zo kan het Rijk deze maatregel toetsen aan de voorwaarden in de regeling en houdt het zicht op de maatregelen die de aanvrager moet verantwoorden.
Stel dat je een aanvraag doet in mei. Mag je de projecten dan pas in augustus starten? En gaat het dan om start van de aanbesteding of start van de uitvoering? Als het om de uitvoering gaat: gaat het dan om het hele project of alleen om de klimaatadaptieve maatregelen van het project?
Het gaat om de start van de uitvoering van de klimaatadaptieve maatregelen binnen een project. Het project kan op andere punten al in uitvoering zijn. Vanuit juridisch oogpunt is er geen bezwaar tegen als een gemeente of waterschap al begint met het uitvoeren van een maatregel als zij de aanvraag al heeft ingediend en ze nog geen beschikking heeft ontvangen. De aanvrager loopt dan wel een risico: als de aanvraag voor een specifieke uitkering geheel of gedeeltelijk wordt afgewezen, zijn de financiële gevolgen voor eigen rekening.
Is het ook mogelijk om maatregelen te nemen op schoolpleinen?
In sommige gevallen is dit mogelijk. Omdat de Impulsregeling uit het Deltafonds wordt betaald, zijn er wel enkele beperkingen. Gemeenten moeten daarom in hun aanvraag duidelijk beschrijven of hun schoolpleinproject aan de volgende voorwaarden voldoet:
- Het schoolplein moet openbaar toegankelijk zijn.
- De kosten voor de klimaatadaptieve maatregelen op het schoolplein komen voor rekening van de gemeente. De gemeente mag deze kosten niet overnemen van het schoolbestuur. Dan zou het een subsidie van de gemeente aan de school zijn en dat mag niet binnen de Impulsregeling.
Moet de uitvoeringsagenda formeel zijn vastgesteld?
Het kan zijn dat de uitvoeringsagenda is uitgewerkt maar nog niet formeel vastgesteld. Dan kun je al wel een aanvraag doen voor een bijdrage vanuit de impulsregeling. Daar zijn dan wel twee voorwaarden aan verbonden:
- De gekozen maatregelen moeten een logisch gevolg zijn van de beschrijving van de stresstesten, risicodialoog en (concept) uitvoeringsagenda. Het onderbouwde verhaal moet logisch in elkaar zitten.
- De bestuurders tekenen voor de aanvraag. Hiermee gaan bestuurders al bestuurlijk akkoord met de maatregelen die ze nog moeten vaststellen in de uitvoeringsagenda.
Hoe beoordeelt IenW de urgentie? Moeten maatregelen die ingediend worden bij de eerste aanvraag bijvoorbeeld binnen twee jaar gerealiseerd kunnen worden?
Nee, maatregelen hoeven niet binnen twee jaar gerealiseerd te worden. Het maatregelenpakket moet wel voortvloeien uit de stresstest en risicodialoog. Op basis van de risicodialoog staan de maatregelen op de uitvoeringsagenda van een overheid binnen de werkregio. Ook moeten de maatregelen bij de aanvraag voldoende concreet en begroot zijn. Daarnaast moeten de maatregelen uitgevoerd zijn voor 31 december 2027.
Is de uitvoeringsagenda regionaal of per gemeente?
De uitvoeringsagenda is vormvrij. Het kan dus gaan om uitvoeringsagenda’s per gemeente of één uitvoeringsagenda voor de hele regio.
Toetst IenW de stresstest, risicodialoog en uitvoeringsagenda die aan de aanvraag ten grondslag liggen?
Nee, IenW toetst de onderliggende stresstest, risicodialoog en uitvoeringsagenda normaal gesproken niet. Uit het aanvraagformulier blijkt een logische opbouw vanuit de documenten die leidt tot de maatregelen. En bestuurders tekenen natuurlijk voor de maatregelen. Wel moet minimaal één van de onderliggende stresstesten beschikbaar zijn via de landelijke monitorkaart met stresstesten, zoals afgesproken is in het Deltaplan Ruimtelijke adaptatie. Dit kan een stresstest zijn van een gemeente, waterschap, werkregio of provincie. Je kunt de stresstesten makkelijk toevoegen aan de landelijke monitorkaart via het formulier monitor stresstest.
De risicodialoog voor het project uit onze aanvraag is nog niet gevoerd. Mag je die pas voeren op het moment dat het project bijna van start gaat?
Nee, dat mag niet. De voorwaarde vanuit de regeling is dat maatregelen moeten volgen uit stresstesten, risicodialoog en uitvoeringsagenda. Heb je de risicodialoog nog niet gevoerd en de uitvoeringsagenda nog niet opgesteld? Dan voldoet de maatregel niet aan de voorwaarden.
Door corona is het ons niet gelukt om in 2020 een uitvoeringsagenda op te stellen. Betekent dit dat we niet mee kunnen doen met de impulsregeling?
Een voorwaarde voor de impulsregeling is dat het proces van stresstesten, risicodialogen en uitvoeringsagenda is doorlopen. Het is geen voorwaarde dat dit uiterlijk in 2020 is gebeurd. Als je vertraging hebt, kun je dus nog aanspraak doen op de impulsregeling. Dit kan tot uiterlijk 31 december 2023.
Moet je binnen een project de uitvoeringskosten voor waterberging specificeren? Of mag je de totale projectkosten meenemen, inclusief herstel bestrating, grondwerk, verwerving grond, aanpassing brug, et cetera?
In de Excel-bijlage bij het aanvraagformulier moet je per klimaatadaptatiemaatregel de totale kosten vermelden. Het totale project moet je in bijlage 1 beschrijven, en daarin noem je dus ook de werkzaamheden die niet gaan over de klimaatadaptatiemaatregelen. Deze werkzaamheden hoef je niet in kosten uit te drukken.
Hoe zat het ook alweer met de BTW?
In de aanvraag moet je de compensabele BTW opgeven. Daarbij is het de vraag wie opdrachtgever is van de maatregel. In de eerste figuur hieronder zie je de situatie waarin de gemeente of provincie opdrachtgever is. In de tweede figuur zie je de situatie waarin het waterschap opdrachtgever is.
Welke kosten komen als cofinanciering in aanmerking?
Met cofinanciering worden alle vormen van financiering behalve andere rijkssubsidies bedoeld. Een voorbeeld van cofinanciering is geld vanuit het gemeentelijk rioleringsplan (GRP), dat is opgehaald via gemeentelijke belastingen. Private financiering kan ook. IenW vraagt geen uitgesplitst overzicht van de cofinanciering. Wel moet de aanvrager verklaren dat hij garant staat voor tweederde deel van de cofinanciering en dat er geen andere rijkssubsidie bij zit, zoals die voor zoetwater. Er zijn twee beperkingen aan cofinanciering:
- Het moet wel financiering zijn van openbaar terrein. Van particulier eigendom mag dus niet.
- Het mag geen financiering zijn van eigen personeelskosten.
Moeten meerdere partijen samen één maatregel financieren?
Nee, dat hoeft niet. De cofinanciering mag ook door één partij gedragen worden.
Moet cofinanciering als totaalplaatje 1/3 door het Rijk en 2/3 door decentrale overheden zijn, en mag de verhouding bij losse maatregelen verschillen? Of moet voor elke losse maatregel de cofinanciering 1/3-2/3 zijn?
Het gaat om het totaalplaatje per aanvraag. Doe je bijvoorbeeld drie aanvragen met diverse maatregelen in drie jaar? Dan moet in elke aanvraag de verhouding maximaal 1/3 -2/3 zijn. Je mag ook minder Rjiksgeld aanvragen. De verhouding per losse maatregel binnen de aanvraag staat daarmee vrij.
In veel maatregelen zitten meerdere (deel)bedragen vanuit andere regelingen, subsidies of bijdragen van niet- overheidspartijen. Mag je die bedragen bij elkaar optellen voor de cofinanciering ?
Ja. Alleen andere bijdragen van het Rijk mag je niet als cofinanciering inzetten. Andere bijdragen mag je wel bij elkaar optellen. EU-subsidies zijn bijvoorbeeld geen rijksbijdragen en mag je dus meetellen in de regionale cofinanciering.
Vanuit deze impulsregeling mag je rijksbijdragen niet stapelen. Tegelijk vraagt de regeling om maatregelen in de aanvraag zoveel mogelijk te koppelen aan andere opgaven, zoals de beschikbaarheid van zoetwater. Maar het Deltaprogramma Zoetwater heeft een eigen budget. Kunnen maatregelen voor beide opgaven dan wel in één project? Moet je daarin dan een aparte maatregel noteren voor DPRA en een aparte voor DPZW?
Ja, de beoordeling gaat op maatregelniveau.
Mag je voor één project POP3 en DPRA geld voor dezelfde maatregel inzetten?
Het Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP3) is Europees geld. Dat geld mag je inzetten, omdat het geen geld is van de begroting van de Rijksoverheid zelf.
Hoe beoordeelt IenW of het ingediende maatregelenprogramma voldoet aan de criteria? Is er eerst nog een ‘pre-beoordeling’?
Beoordeling vindt plaats op basis van de informatie die is ingevuld in het aanvraagformulier. Voordat je de aanvraag indient, kun je nog afstemmen met het beoordelingsteam van IenW. Zodra de aanvraag formeel is ingediend, kan het beoordelingsteam nog aanvullende informatie opvragen.
Hoelang duurt het voordat je een reactie krijgt op een ingediende aanvraag?
Dit is de aanvraagprocedure:
- Je dient de aanvraag in bij ImpulsregelingKA@rws.nl, eventueel nadat je de aanvraag hebt afgestemd met het beoordelingsteam.
- Is de aanvraag compleet? Dan wordt hij beoordeeld en krijg je binnen 13 weken de beschikking.
- Daarna is beroep en bezwaar mogelijk.
- Je krijgt een voorschot van 100% vlak na de beschikking.
Welke evaluatie en toetsing zal achteraf worden toegepast? Kunnen subsidies achteraf worden teruggetrokken? Op welke gronden dan? We willen niet achteraf terugbetalen.
Meestal zal de uiteindelijk vastgestelde uitkering overeenkomen met het bedrag dat in het besluit staat. Maar in bepaalde gevallen kan de uiteindelijk vastgestelde uitkering ook lager uitvallen, bijvoorbeeld als de werkelijke kosten van het maatregelenpakket lager blijken te zijn dan bij de verlening was geraamd. Artikel 4:46 van de Awb bepaalt dat een uitkering ook lager kan worden vastgesteld als blijkt dat de maatregelen niet of niet volledig hebben plaatsgevonden of als niet is voldaan aan de verplichtingen die aan de uitkering zijn verbonden.
Als een werkregio een maatregel uit een maatregelpakket vervangt door een andere maatregel die voldoet aan deze regeling, dan wordt de uitkering niet verlaagd. Deze maatregel mag ook op een andere plek in de werkregio uitgevoerd worden. De uitkering blijft dan hetzelfde, omdat de maatregel hetzelfde doel dient als de maatregel die hij vervangen heeft.
Wordt de uitkering uiteindelijk lager vastgesteld? Dan kan IenW het bedrag dat te veel is betaald terugvorderen. Dat kan ze doen op basis van artikel 4:57, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Dit geldt ook als IenW de beschikking om een bijdrage te verlenen intrekt of deze ten nadele van de ontvanger van de uitkering wijzigt (artikel 4:48 van de Awb). Dat laatste kan bijvoorbeeld als activiteiten niet zijn uitgevoerd of als niet de juiste informatie was verstrekt. IenW kan het bedrag terugvorderen tot vijf jaar na vaststelling van de specifieke uitkering. Zie hiervoor ook artikel 4:57, vierde lid, van de Awb.
Welke eisen worden gesteld aan de verantwoordingsrapportage voor de besteding van de impulsgelden?
Verantwoording vindt plaats via de SiSa-methode. Dat is verantwoording op basis van een aantal indicatoren. Deze verantwoording is een vast onderdeel van de jaarrekening van gemeenten en provincies. Er hoeft geen aparte rapportage te worden gemaakt.
Is verantwoording via SiSa verplicht of kun je ook kiezen voor een verantwoording die aansluit bij de eigen subsidieverordening?
Ja, het is verplicht om de uitkering te verantwoorden via SiSa. Volgens de Wet Financiële Verhoudingen moet een specifieke uitkering, en dus ook de Impulsregeling Klimaatadaptatie, via de SiSa-methode worden verantwoord.
Hoe werkt SiSa precies?
De gemeente of provincie die als aanvrager en kassier namens de werkregio optreedt, geeft de uitgekeerde bedragen door aan de decentrale overheden in de werkregio die de maatregelen uitvoeren. Deze uitvoerende overheden verantwoorden de werkzaamheden over jaar T-1, door via SiSa voor mede-overheden het CBS hierover te informeren. Het CBS stuurt de informatie na een plausibiliteitstoets door naar de aanvrager/kassier. De kassier verantwoordt in hetzelfde jaar ook de besteding van geld voor de eigen maatregelen, maar doet dat direct aan het Rijk. In het jaar T+1 verantwoordt de kassier, naast de eigen bestedingen in jaar T, ook het totaal van de bestedingen van de werkregio in jaar T-1.
Omdat de Financiële-verhoudingswet niet van toepassing is op de waterschappen, geldt de Regeling informatieverstrekking SiSa niet automatisch voor uitgekeerde bedragen die de waterschappen ontvangen. Toch moeten ook de waterschappen de bedragen die ze vanuit de impulsregeling ontvangen verantwoorden via de SiSa-methode, zodat de verantwoording van de impulsgelden voor alle overheden gelijk is.
Wat moet er precies verantwoord worden via SiSa? Welke indicatoren worden er gevraagd?
Via de SiSa-verantwoording moet je de volgende indicatoren invullen:
- Besteding ten laste van rijksbijdrage (jaar T)
- Besteding rijksbijdrage cumulatief (jaar T)
- Besteding ten laste van cofinanciering (jaar T)
- Besteding cofinanciering cumulatief (jaar T)
- Afgeronde maatregelen (jaar T)
- Eindverantwoording: zijn alle maatregelen afgerond en worden er geen maatregelen meer getroffen met resterende middelen? (Ja/Nee)
- Zelfstandige uitvoering (Ja/Nee)
- Correctie besteding (Jaar T-1)
Is een accountantsverklaring nog noodzakelijk, bijvoorbeeld om cofinanciering vanuit waterschappen te onderbouwen? Of is een accountantsverklaring daarvoor niet nodig, omdat je de cofinanciering kunt beschouwen als uitvoeringskosten?
Ja, de accountantsverklaring is zeker nog noodzakelijk. De cofinanciering wordt verantwoord via de SiSa-methode. De accountant beoordeelt de jaarrekening van de ontvanger, inclusief de SiSa-verantwoording die daar onderdeel van is.
Kan de kassier ook de rol van deurwaarder krijgen? Stel dat een deelnemer niet aan de eisen voldoet en een bedrag moet terugbetalen. Loopt dat dan ook via de kassier?
Je dient de aanvraag in als werkregio. De bestuurders die hun handtekening zetten, zijn daarmee verantwoordelijk voor de uitvoering. Zij bepalen samen wat er gebeurt als een maatregel niet wordt uitgevoerd zoals gepland. Ze kunnen ervoor kiezen om vervangende maatregelen uit te voeren. Gezien de doorlooptijd is het verstandig om als werkregio de uitvoering van maatregelen te controleren. Zo kun je voorkomen dat je een deel van de uitkering moet terugbetalen en geld van bepaalde decentrale overheden moet terugvorderen.
Moet de kassier de bestedingen van partners verantwoorden over jaar T of over jaar T-1? In de beschikking staat over jaar T, maar dat kan toch niet in de praktijk? De partners moeten dat toch zelf doen?
De kassier moet de bestedingen aan het project verantwoorden over jaar T. Voor het gedeelte dat door de partners wordt besteed, klopt het inderdaad dat de kassier die informatie een jaar later via het CBS krijgt. Deze bestedingen kan hij of zij dan in dat jaar verantwoorden in de kolom ‘Correctie besteding (T-1)’.
Voorbeeld: De kassier geeft in 2021 zelf niets uit. De partners geven dat jaar samen 1 miljoen euro uit. De kassier verantwoordt in de SISA-bijlage 2021 (E44) bij ‘bestedingen (jaar T): 0 euro. De partners verantwoorden in de SISA-bijlage 2021 (E44B) bij bestedingen (jaar T) dan 1 miljoen euro.
In de SISA-bijlage 2022 (E44) vult de kassier bij ‘Correctie besteding (jaar T-1) in: 1 miljoen euro.
Zie ook de Invulwijzer SISA 2021 (pdf, 3.1 MB).
Uit de invulwijzer van 2021 blijkt dat er bij deze subsidie twee codes bestaan: E44 en E44B. Welke code moet je straks als kassier invullen en welke als partner?
Er zijn inderdaad twee codes. De kassier moet E44 invullen en de partners moeten E44B invullen. E44B gaat namelijk over het gedeelte ‘SiSa tussen medeoverheden’.
In de beschikking staat dat de kassier de partners moet laten weten dat ze de impulsgelden via de SiSa-bijlage moeten verantwoorden. Hoe moet de kassier dat doen? Een partner mag toch alleen iets via de SiSa-bijlage verantwoorden als dat staat in de beschikking die de partner zelf heeft gekregen?
IenW schrijft niets voor over hoe je partners op de hoogte brengt van verantwoording via de SiSa-bijlage. Stuur je de partners via een brief of beschikking het bericht dat ze middelen van de kassier ontvangen voor de uitvoering van het project? Dan kun je in die brief of beschikking ook zetten dat deze bijdrage via de SiSa-bijlage onder code E44B moet worden verantwoord. Heeft u als kassier deze brief of beschikking al verstuurd? Dan kun je een apart bericht sturen over de verantwoording, en daarbij verwijzen naar de eerdere brief of beschikking.
In dezelfde beschikking staat dat de kassier de partners moet aanmelden voor de SiSa-verantwoording. Hoe moet de kassier dat doen?
Je kunt de partners aanmelden via het online formulier voor vragen over SiSa op de website van de Rijksoverheid.
Hoe vaak moet de kassier de partners aanmelden? Eenmalig voor alle partners of alleen aan de partners waar de kassier in dat jaar een budget naar heeft overgemaakt?
Het advies is om alleen de partners aan te melden aan wie je een budget hebt overgemaakt. Dan hoeven de andere partners niet onnodig de verantwoording in te vullen.
Waar kan ik meer informatie vinden over het SiSa-proces?
Op de pagina over SiSa op de website van de Rijksoverheid vind je meer informatie over het proces.