DNA van de stad

Klimaatadaptatie wordt tot nu toe vaak aangepakt met technische middelen. Maar als je het natuurlijk systeem van de bodem in je aanpak betrekt, kun je zoveel meer. Bovendien is er in Nederland een schat aan kennis beschikbaar over de bodem en ondergrond. Die kennis is heel nuttig om te gebruiken bij beleids- en ontwerpvragen over klimaatadaptatie en –mitigatie.

Het consortium van het onderzoeksproject DNA van de stad en omgeving heeft onderzocht hoe je de grote hoeveelheid data en informatie uit de bodem- en ondergrondsector toegankelijk kunt maken in de klimaatsector. Hoe kun je ervoor zorgen dat bijvoorbeeld ontwerpers, adviseurs en studenten deze kennis zelf kunnen toepassen? Op deze pagina lees je meer over het project.

Wat hield het project in?

De onderzoekers van het project wilden de verbindingen tussen kennis over de bodem en de praktijk versterken en de relaties tussen de verschillende thema’s en maatschappelijke opgaven inzichtelijk maken. In een artikel in Straatbeeld vertelt projectleider Wim Timmermans meer over het onderzoeksproject. Het onderzoek vond plaats in zes pilots. Via de tegels hieronder lees je meer over deze pilots.

Wat zijn de resultaten van het project?

De resultaten van de individuele pilots zijn beschikbaar via de tegels hierboven en via een interactieve storymap. De resultaten kunnen breed worden ingezet: je kunt ze gebruiken als inspiratie om visies mee op te stellen, maar bijvoorbeeld ook om er inrichtingsplannen, tools of kansenkaarten mee te maken.

De DNA-aanpak

Op basis van het onderzoek in de pilots is er een DNA-aanpak (pdf, 2 MB) ontwikkeld. De DNA-aanpak is een structurele aanpak om de leefomgeving klimaatbestendig en waterrobuust te maken. Met deze aanpak zorg je ervoor dat je de juiste adaptatiemaatregelen neemt op de juiste plek, door gebruik te maken van het unieke karakter en de eigenheid van bodem, ondergrond, landschap, water en cultuurhistorie. Al deze eigenschappen noemen we ook wel het ‘DNA van de stad en omgeving’. De aanpak bestaat uit drie onderdelen: systeemanalyse, redeneerlijnen, en kansenkaarten of ontwerpprincipes. Deze onderdelen variëren in schaal (van stad en omgeving tot wijk of straat), in toepassing en in doelgroepen.

Het DNA-consortium werkt samen aan een betere inzet van kennis over bodem en ondergrond. De consortiumpartners zijn STOWA, Deltares, stichting CAS en Wageningen University & Research. Het project DNA van de stad en omgeving is gefinancierd door het Uitvoeringsprogramma Bodem en Ondergrond.